Empathy in the Making: Crafting the Believer’s Emotions in the Late Medieval Low Countries
The article addresses affective piety as it developed in the late medieval Low Countries – the new, sentiment-laden devotion concentrating on the humanity and vulnerability of Christ, on his nativity but especially his Passion, the physical cruelty he suffered in his last days on earth. Views on th...
Main Author: | |
---|---|
Format: | Article |
Language: | English |
Published: |
Open Journals
2014-06-01
|
Series: | BMGN: Low Countries Historical Review |
Subjects: | |
Online Access: | https://ojstest.minions.amsterdam/article/view/6132 |
Summary: | The article addresses affective piety as it developed in the late medieval Low Countries – the new, sentiment-laden devotion concentrating on the humanity and vulnerability of Christ, on his nativity but especially his Passion, the physical cruelty he suffered in his last days on earth. Views on the late Middle Ages, as if they still knew a ‘childlike’ universe, one in which the emotions and the senses were given free rein, have been rightly discarded by Barbara Rosenwein and other scholars, but her own cognitive approach threatens to overlook the bodily and sensory dimensions of emotions. An embodiment approach would offer a wider and more promising perspective.
Discussing the numerous Netherlandish passion narratives and passion paintings, their cruel and blood-drenched imagery is situated within older medieval traditions of meditation and artificial memory. To illustrate the period’s religious ‘pathopoeia’, the shaping of the believers’ embodied emotions, part of the argument focuses on a relatively unknown Passion narrative by the fifteenth-century Franciscan Johannes Brugman.
This article is part of the special issue 'Batavian Phlegm?'.
Empathie in de maak. Religieuze emoties en retorica in de laat-middeleeuwse Nederlanden
In deze bijdrage richt ik me op de affectieve vroomheid in de laat-middeleeuwse Nederlanden – de nieuwe, emotioneel geladen devotie die zich concentreerde op de menselijkheid en kwetsbaarheid van Christus, op de geboorte maar meer nog op het lijdensverhaal, alle fysieke wreedheid die hem in zijn laatste dagen werd aangedaan. Opvattingen als zouden de late Middeleeuwen nog een ‘kinderlijk’
universum hebben gekend, een universum waarin de emoties en de zintuigen nog alle ruimte kregen, zijn door Barbara Rosenwein en andere onderzoekers terecht terzijde geschoven. Maar Rosenweins cognitieve benadering verwaarloost op haar beurt de lichamelijke en zintuiglijke dimensies van emoties. Een ‘embodiment’-benadering biedt hier een breder perspectief.
Besproken worden de wijdverbreide passieteksten en passieschilderijen. Hun wrede, met bloed doordrenkte voorstellingswereld wordt gerelateerd aan oudere middeleeuwse tradities rond de meditatie en de geheugenkunst. Centraal staat de voor deze periode kenmerkende religieuze ‘pathopoeia’, het beroep op de geïncorporeerde emoties van de gelovigen. Ter illustratie wordt bijzondere aandacht besteed aan een redelijk onbekende passietekst van de vijftiende-eeuwse franciscaan Johannes Brugman.
Dit artikel maakt deel uit van het themanummer 'Batavian Phlegm?'.
|
---|---|
ISSN: | 0165-0505 2211-2898 |